Van eenmanszaak naar vennootschap. Loont deze stap nog de moeite?

U bent werkzaam als zelfstandige, als ondernemer of als beoefenaar van een vrij beroep en u hebt gekozen voor het statuut van de eenmanszaak. Een beslissing die destijds voor de hand liggend was. Door de groei van uw onderneming gaat u nadenken over de structuur van uw activiteit. Is de eenmanszaak voor u nog wel de meest geschikte vorm? Biedt de oprichting van een vennootschap u niet meer zekerheid en comfort?

Tekst: Wouter Massez en Marc Peeters, Mentor Instituut voor Vermogensanalyse
Grafische vormgeving: www.tricoteuse.be

Waarom de overstap wagen?

Een eenmanszaak is de eenvoudigste manier om een zelfstandige activiteit uit te voeren. U kunt als ondernemer (natuurlijke persoon) onmiddellijk aan de slag. U kunt beslissingen nemen zonder enig overlegorgaan. U heeft geringe startuitgaven en werkingskosten. En een vereenvoudigde boekhouding volstaat, waarvoor u al dan niet een accountant of boekhouder inschakelt.

In de loop der jaren lonen uw inspanningen en investeringen. Uw activiteit breidt uit, uw winst stijgt,… doch de zegswijze “loon naar werken” strookt niet helemaal met uw ervaringen. U wenst per slot van rekening de fundering voor uw toekomstig inkomen en pensioen te leggen. Kortom, u denkt aan de piste van de vennootschap. De structuur van een rechtspersoon verleent u immers een vlottere toegang tot financieringsmogelijkheden, maakt een duidelijk onderscheid tussen uw privé en professioneel vermogen en anticipeert op de continuïteit van uw onderneming. Uiteenlopende argumenten die uw keuze voor de omschakeling van een eenmanszaak naar een vennootschap kunnen staven. Houd wel rekening met de kosten voor oprichting c.q. vereffening, naast de jaarlijkse kosten die voortvloeien uit diverse administratieve, boekhoudkundige en juridische formaliteiten c.q. verplichtingen. Die kosten zijn weliswaar in de vennootschap aftrekbaar.

Uw inspanningen rentabiliseren.

Vandaag worden de inkomsten uit uw eenmanszaak, weliswaar na aftrek van de beroepskosten, belast tegen de progressieve tarieven van de personenbelasting, een belastingstelsel waar de fiscale druk vanaf een bepaald inkomen vrij hoog is. Een fiscale optimalisering is nagenoeg onbestaande. Een vennootschap daarentegen wordt belast onder het stelsel van de vennootschapsbelasting waarin de maximale tarieven lager liggen dan in de personenbelasting, waarvan u de progressiviteit doorbreekt.

Deze informatie kan u ertoe aansporen een vennootschap te creëren om aldus te genieten van het lagere belastingtarief. Niettemin mag uw beslissing niet louter op dit argument gestoeld zijn. Vooraleer tot de oprichting over te gaan, is het noodzakelijk om uw leefpatroon in kaart te brengen. Per slot van rekening heeft u privé nog steeds gelden nodig. Opdat de vennootschap voor u fiscaal een meerwaarde kan betekenen, is het vereist dat u voldoende winst realiseert zodat er na aftrek van kosten, waaronder uw brutoloon (inclusief bedrijfsvoorheffing en sociale lasten), een niet uitgekeerde reserve overblijft. Wanneer de winst hoog genoeg is, kan het fiscaal inderdaad een stuk voordeliger zijn om onder het regime te vallen van de vennootschapsbelasting.

Afgezien van het lagere belastingtarief, kunt u als zaakvoerder of bestuurder een bijkomend pensioen opbouwen door het afsluiten van een groepsverzekering of een overeenkomst individuele pensioentoezegging (IPT). Door het storten van de premies creëert u, onder bepaalde voorwaarden, een fiscaal aftrekbare bedrijfskost in de vennootschapsbelasting.

De klassieke groepsverzekering is bestemd voor bedrijfsleiders die daadwerkelijk een leidinggevende functie uitoefenen en daarvoor een maandelijkse bezoldiging ontvangen (zaakvoerders en bestuurders). Ze wordt afgesloten en betaald door het bedrijf (met verplichte aansluiting) in het voordeel van een categorie van verzekerden (waaronder uzelf) of hun rechthebbenden bij overlijden. Verschillende waarborgen zijn mogelijk. In het kader van de verzekering pensioen en gewaarborgd inkomen zal de verzekeringsmaatschappij u het opgebouwde kapitaal en/of de rentes uitkeren op het tijdstip van uw pensionering en heeft u recht op een uitkering bij ziekte of ongeval. In de context van de overlijdensverzekering hebben uw begunstigden recht op een uitkering als u voor de pensioenleeftijd overlijdt. Interessant is de waarborg premievrijstelling. Daarbij neemt de pensioenverzekeraar de betaling van de premies geheel of gedeeltelijk voor zijn rekening als u als bedrijfsleider arbeidsongeschikt bent verklaard. Op die manier blijft het aanvullend pensioenkapitaal verzekerd, in alle omstandigheden.

De IPT overeenkomst wordt eveneens afgesloten en betaald door het bedrijf (met vrijwillige aansluiting), maar in tegenstelling tot de groepsverzekering, slechts in het voordeel van één verzekerde (uzelf als zelfstandig bedrijfsleider) of de rechthebbenden bij overlijden. In beide gevallen bent u steeds eigenaar van de levensverzekeringsovereenkomst, waardoor u een aantal verworven rechten geniet. Zo beslist u bij vroegtijdig vertrek uit de onderneming zelf wat er met uw contract zal gebeuren (het kapitaal blijft rendement genereren en is opvraagbaar vanaf de leeftijd van 60 jaar, let in dat geval wel op voor de belastingfactuur). Bij eventuele verkoop, vereffening of faillissement van uw bedrijf, blijft het reeds opgebouwde kapitaal gevrijwaard. U kunt, zo gewenst, op het spaartegoed een voorschot opnemen voor het kopen, bouwen, renoveren of herstellen van een in de Europese Economische Ruimte (EER) gelegen onroerend goed. U kunt bovendien het contract in pand geven als waarborg voor een hypothecaire lening.

Een IPT vereist maatwerk en dient rekening te houden met uw persoonlijke wensen, verwachtingen en toekomstperspectief, waaronder uw levensstandaard. Zo verleent een IPT u de mogelijkheid om inhaalpremies (backservice) te storten voor in het verleden gepresteerde dienstjaren (maximaal 10) binnen en zelfs buiten de onderneming, bv. als werknemer. Daardoor vermindert de totale belastbare vennootschapswinst. Een voorbeeld van fiscaal correcte, verstandige en efficiënte optimalisering. Uw globale pensioen, wat inhoudt de in jaarrente uitgedrukte som van het wettelijk pensioen en de extralegale pensioenvoorzieningen, mag evenwel niet hoger zijn dan 80% van de laatste bruto jaarwedde op basis van een volledige loopbaan (45 jaar). Boven deze limiet zal de fiscus de aftrekbaarheid van de premies niet meer aanvaarden.

U kunt een IPT perfect cumuleren met een andere extralegale pensioenvoorziening, het vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen (VAPZ). Het wettelijk plafond voor de aftrekbaarheid van de premies bedraagt hier 8,17% van het netto belastbaar inkomen, met een absoluut maximum van 3.027,09 euro (cijfers 2014). Voor een zogenaamd sociaal VAPZ liggen de cijfers nog hoger. In het raam van een gewoon VAPZ kunt u op jaarbasis al tot 22% besparen op uw sociale bijdragen en tot 53,50% op uw belastingen. Op de premies gestort voor een groepsverzekering voor bedrijfsleiders of een IPT dient een belasting van 4,40% betaald, dat is niet het geval voor de premies voor het VAPZ. Het gestorte kapitaal wordt door de pensioeninstelling (een verzekeringsmaatschappij of een pensioenfonds) gewaarborgd.

Voorts mag elke vennootschap die onderworpen is aan de vennootschapsbelasting de notionele interestaftrek toepassen. Het gaat om een aftrek van het belastbaar inkomen van de vennootschap in de vorm van een fictieve rente die wordt berekend op basis van het gecorrigeerd eigen vermogen (netto activa). De vermindering van de belastbare basis resulteert in een hogere opbrengst na belasting. Met deze maatregel in het voordeel van risicokapitaal, beoogt de overheid bedrijven te prikkelen om hun eigen vermogen te optimaliseren (betere solvabiliteitsratio) en aan te wenden voor de financiering van nieuwe investeringen.

Het is duidelijk dat de impact van de fiscaliteit om bovenstaande redenen niet valt te onderschatten. De vennoten-bedrijfsleiders kunnen de fiscale voordelen aanwenden om nieuwe investeringen aan te gaan of te laten fungeren als schakel om de winsten voor de natuurlijke persoon om te zetten in inkomen van een andere aard, zie de extralegale pensioenvoorzieningen.

Scheid uw privévermogen van uw beroepsvermogen en beperk uw aansprakelijkheid.

Niet alleen de hoogte van uw inkomen is een bepalende factor bij het oprichten van een vennootschap, ook de niet-fiscale argumenten zijn van belang.

Een eenmanszaak kan voor de uitoefening van haar bedrijfsactiviteit geen beroep doen op de bescherming van de rechtspersoonlijkheid. Alle rechten en plichten van de onderneming komen toe aan de natuurlijke persoon, de zelfstandige (ondernemer, beoefenaar van een vrij beroep). U bent onbeperkt aansprakelijk in tijd en in bedrag. Daardoor staat u met uw volledig persoonlijk vermogen in voor de verbintenissen van de onderneming, zowel vandaag als in de toekomst. Schuldeisers kunnen zich daarop integraal verhalen, ongeacht de manier waarop u dat vermogen heeft vergaard. Van enig onderscheid is geen sprake.

Eventueel zal zelfs het vermogen van uw partner worden aangesproken om de schulden van de onderneming te voldoen, tenzij een huwelijkscontract of samenlevingsovereenkomst daar perken aan stelt. Bovenstaand principe geldt uiteraard ook voor vennootschappen met onbeperkte aansprakelijkheid (vof, Comm. v., cvoa). De enige uitzondering betreft de beperkte bescherming van de gezinswoning. U kunt hiervoor een ‘verklaring van niet-beslagbaarheid van de hoofdverblijfplaats van de zelfstandige’ afleggen bij de notaris. Op die manier geniet uw gezinswoning bescherming tegen mogelijke schuldeisers.

Bij de oprichting van een vennootschap met volkomen rechtspersoonlijkheid, zoals een BVBA, CVBA of NV, wordt een nieuwe juridische entiteit gecreëerd, volwaardig handelingsbekwaam, met afzonderlijk kapitaal. Het privévermogen wordt hierdoor afgescheiden van het beroepsvermogen. Dit impliceert dat uw persoonlijke aansprakelijkheid sterk vermindert, zo niet onbestaande is, voor zover er geen kennelijke tekortkomingen van de zaakvoerders en/of bestuurders opduiken, of ze als bedrijfsleiders zware fouten begaan. Als gevolg hiervan zijn de vennoten slechts financieel aansprakelijk voor hun inbreng, in casu het kapitaal dat ze in de vennootschap hebben geïnvesteerd. Een tweede valabele reden om afscheid te nemen van de eenmanszaak. Vooral als de zelfstandige activiteit belangrijke investeringen vereist of een zeker risico inhoudt. Bescherming en gemoedsrust kunnen goud waard zijn.

De continuïteit van de onderneming verzekeren.

De opvolgingsproblematiek in familiale ondernemingen is een algemeen gekend gegeven. Bij het overlijden van de ondernemer worden de erfgenamen onverdeeld eigenaar van de eenmanszaak. Elk van de erfgenamen kan op dat ogenblik zijn rechtmatig aandeel in de nalatenschap opvragen en dus de verdeling eisen. Het is onmogelijk een eenmanszaak, die juridisch als een algemeenheid van goederen wordt beschouwd, zomaar op te splitsen. Hierdoor zal het overlijden van de ondernemer doorgaans het einde van de eenmanszaak betekenen. Zijn of haar droom, een levenswerk, dooft uit. Een gedachte die voor vele ondernemers moeilijk te verdragen is, waardoor het uitwerken van een preventieve opvolgingsregeling in de praktijk noodzakelijk blijkt.

Het inkapselen van de bedrijfsactiviteit in een vennootschap ondervangt vermelde hinderpaal grotendeels door de eigendomsoverdracht bij leven en bij overlijden van de aandelen (roerende goederen) aanzienlijk te vergemakkelijken. Het beheer van de onderneming staat bovendien los van de economische eigendom, wat nuttige mogelijkheden biedt bij de overdracht van de aandelen (schenking, testament, inbreng in controlestructuren). Voor de schenking van roerende goederen geldt in Vlaanderen een vlak tarief van 3% in rechte lijn en 7% in de andere gevallen. Bijkomend kunt u binnen zekere voorwaarden uw familievennootschap tijdens uw leven tegen 0% overhevelen naar de volgende generatie.

Wanneer een natuurlijk persoon aandelen van een vennootschap verkoopt, is deze transactie in principe belastingvrij, in tegenstelling tot de verkoop van een eenmanszaak. De vennootschapsstructuur vereenvoudigt het overdragen van de bedrijfsactiviteit. Het wegvallen door bv. overlijden van een vennoot brengt overigens de werking en het voortbestaan van de vennootschap niet in het gedrang. De aandelen vallen in de erfenis waardoor een overlijden niet automatisch het einde van de onderneming impliceert.

Conclusie.

De transformatie van een eenmanszaak naar een vennootschap is niet noodzakelijk synoniem voor het kiezen van de minst belaste weg. Afgezien van fiscale motieven bij de oprichting, hebben andere drijfveren in de huidige marktomgeving behoorlijk aan belang gewonnen, onder meer door de striktere en soms eenzijdige regelgeving over consumentenbescherming. Zo zullen de beperking van aansprakelijkheid, de scheiding van vermogen tussen privépersoon en vennootschap, de faciliteiten bij overdracht, de voordelige pensioenregeling en een positieve kostenbatenanalyse bepalend zijn bij een verantwoorde beslissing om uw eenmanszaak om te vormen.

Ga niet onbesuisd te werk. Bespreek de omvorming van uw eenmanszaak tot vennootschap met specialisten. U zult er ongetwijfeld baat bij hebben.
Contacteer ons op 02/253 87 01. Sofie Hemeleers staat u graag te woord voor nadere informatie.
E-mail sofie.hemeleers@mentorinstituut.be

Mentor is in november 2009 opgericht in Melsbroek door vennoten actief in financiële dienstverlening en verzekeringsbemiddeling, in het bijzonder pensioenvoorzieningen, zorgverzekeringen en levensverzekeringen in combinatie met technieken van vermogensstructurering en successieplanning. Mentor vennoten zijn, met één uitzondering, als verzekeringsmakelaar ingeschreven bij de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA). Ze houden respectievelijk kantoor in Aalst (FinCent), Brasschaat (Metris), Melsbroek (Median) en Merchtem (CFPC). Aangezien het hier om gereglementeerde ondernemingen gaat, stellen ze van rechtswege geen diensten voor van onafhankelijke financiële planning, maar sluiten ze in hun advisering aan bij hun beroepscompetenties en de overeenstemmende gedragsregels (algemene zorgplicht).

Mentor vertrekt van een verhelderende inventarisatie van uw bestaande financiële situatie, uw behoeften, uw verwachtingen en uw toekomstperspectief. Met bijzondere aandacht voor risicoprofielonderzoek. Met duidelijke rapportering en concrete adviezen. Met inzicht in de redactie van juridische documenten. De modaliteiten van de adviesverlening zijn contractueel vastgelegd. De focus ligt op de domeinen van het burgerlijk recht, het fiscaal vermogensrecht, het successierecht, de drie extralegale pensioenpijlers, de levensverzekeringen en de risicotolerantie in samenhang met de beleggingshorizon.

Mentor opereert als een logistiek samenwerkingsverband tussen de vennoten, verzekeringstussenpersonen. Het centraliseert de diensten van patrimoniumstructurering en marketingcommunicatie. Vraag een gratis kennismakingsgesprek met onze adviseurs vermogensanalyse op het nummer 02/253 87 01 of surf naar www.mentorinstituut.be.

Mentor NV Instituut voor Vermogensanalyse - Steenwagenstraat 48 - 1820 Melsbroek - KBO 0820.334.443 - RPR Brussel

Dit document dient alleen ter informatie en is met de meeste zorg samengesteld. Er zal niettemin geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor schade geleden door de lezer als gevolg van het gebruik van of het zich baseren op deze publicatie bij het nemen van beslissingen van financiële, juridische of fiscale aard. De in dit document vervatte informatie is niet bedoeld als een commercieel aanbod of een advies van welke aard ook.

DEEL DIT ARTIKEL